rode AFP-cover

Ontdekking van het AIDS-virus wordt 40

Veertig jaar geleden ontdekte een team van het Pasteur Instituut in Frankrijk het virus dat AIDS veroorzaakt, wat de eerste fase markeerde in de strijd tegen een epidemie die al meer dan 40 miljoen doden heeft geëist.

De ‘isolatie’ van het nieuwe virus werd op 20 mei 1983 gerapporteerd in een artikel gepubliceerd in het Amerikaanse tijdschrift Science.

PUBLICITEIT

De auteurs van de ontdekking – Françoise Barré-Sinoussi, Jean-Claude Chermann en Luc Montagnier – sloegen een voorzichtige toon aan: het virus “zou betrokken kunnen zijn bij verschillende pathologische syndromen, waaronder AIDS”, schreven de Franse virologen.

Het AIDS-onderzoek was nog maar net begonnen. De ziekte was nieuw en vertegenwoordigde vele mysteries.

“Vier H-ziekte”

De eerste waarschuwingen kwamen twee jaar eerder uit de Verenigde Staten. In de zomer van 1981 werden zeldzame ziekten zoals pneumocystose en Kaposi-sarcoom gemeld onder jonge Amerikaanse homoseksuelen.

PUBLICITEIT

Artsen vroegen zich af waarom ‘opportunistische’ infecties die normaal gesproken voorbehouden zijn aan mensen met een zwakke gezondheid, voorkomen bij jonge, gezonde homoseksuele mannen.

Amerikaanse experts spraken van een “epidemie onder homoseksuele mannen en drugsgebruikers”. De ziekte had geen naam en verspreidde zich.

Ook de Haïtiaanse bevolking werd getroffen. De term ‘drie-H-ziekte’ werd bedacht met betrekking tot ‘homoseksuelen, heroïnegebruikers en Haïtianen’.

PUBLICITEIT

Binnenkort zou er een vierde “H” aan worden toegevoegd: hemofiliepatiënten, die ook getroffen zijn, waardoor de verwijzing naar “vier H-ziekte” veranderde.

De term ‘AIDS’ (verworven immunodeficiëntiesyndroom) werd in september 1982 voor het eerst gebruikt.

Retrovirus-hypothese

De oorzaak van AIDS bleef onbekend. Sommigen, zoals Roberto Gallo, een vooraanstaand Amerikaans expert op het gebied van kankerverwekkende virussen, waren op zoek naar een ‘retrovirus’.

PUBLICITEIT

Aan de overkant van de Atlantische Oceaan, in Parijs, begon ook het virale oncologielaboratorium van Luc Montagnier van het Pasteur Instituut met onderzoek.

Begin 1983 verzamelde de Parijse specialist in infectieziekten Willy Rozenbaum een ​​monster van lymfeklieren van een patiënt in de vroege stadia van AIDS in het Pitié-Salpêtrière-ziekenhuis.

Zijn monster arriveerde op 3 januari bij de laboratoriumbanken van het Pasteur Instituut. ‘Ik begon te werken’, zegt Montagnier, die in 2022 overleed, in zijn boek ‘On Viruses and Men’.

PUBLICITEIT

Samen met Françoise Barré-Sinoussi en Jean-Claude Chermann ontdekte hij een nieuw retrovirus dat LAV werd genoemd, wat staat voor Lymphadenopathy Associated Virus.

“We isoleerden het virus, we lieten zien dat het een retrovirus was, maar we waren er nog steeds niet zeker van dat het de oorzaak van AIDS was”, vertelde Barré-Sinoussi aan AFP.

“Niemand geloofde”

De publicatie van de ontdekking in mei in het tijdschrift Science stuitte op scepsis, vooral door Gallo.

Pasteurs team was er steeds zekerder van dat zijn LAV verantwoordelijk was voor AIDS. Montagnier presenteerde in september 1983 gegevens hierover aan enkele deskundigen, waaronder Gallo.

“Een jaar lang wisten we dat we het juiste virus hadden (…) maar niemand geloofde ons en onze publicaties werden afgewezen”, herinnert Montaigner zich.

In het voorjaar van 1984 presenteerde Gallo een reeks artikelen waarin de ontdekking werd aangekondigd van een nieuw retrovirus, HTLV-3, dat werd gepresenteerd als een “waarschijnlijke oorzaak” van AIDS. Op 23 april maakte Margaret Heckler, de Amerikaanse minister van Volksgezondheid, de aankondiging samen met Gallo officieel.

Diezelfde dag diende Gallo op basis van zijn ontdekking een Amerikaans patent in voor een AIDS-test, dat snel werd verleend. Een soortgelijk verzoek dat Pasteur eerder had ingediend na de ontdekking van de LAV, werd afgewezen.

Gallo en Montaigner waren het er echter snel over eens dat HTLV-3 en LAV waarschijnlijk hetzelfde organisme waren.

Het bewijs hiervan verscheen in januari 1985. Het nieuwe virus kreeg uiteindelijk de naam HIV, het humaan immunodeficiëntievirus, in 1986.

Frankrijk en de Verenigde Staten betwistten het vaderschap van de ontdekking tot 1987, de datum van een bilaterale overeenkomst volgens welke Gallo en Montagnier “mede-ontdekkers” van het AIDS-virus werden genoemd.

Het geschil was niet alleen een kwestie van wetenschappelijke eer, maar vooral van financiële aard, vanwege het auteursrecht op de detectietests die uit de ontdekkingen waren afgeleid.

De echte epiloog zou in 2008 komen, toen de Nobelprijs voor de Geneeskunde werd toegekend aan de Fransen Montagnier en Barré-Sinoussi “voor de ontdekking” van HIV.

Lees ook:

* De tekst van dit artikel is gedeeltelijk gegenereerd door hulpmiddelen voor kunstmatige intelligentie, geavanceerde taalmodellen die helpen bij het voorbereiden, beoordelen, vertalen en samenvatten van teksten. Tekstinvoer is gemaakt door de Curto Nieuws en reacties van AI-tools werden gebruikt om de uiteindelijke inhoud te verbeteren.
Het is belangrijk om te benadrukken dat AI-tools slechts tools zijn, en dat de eindverantwoordelijkheid voor de gepubliceerde inhoud bij de organisatie ligt Curto Nieuws. Door deze hulpmiddelen op een verantwoorde en ethisch verantwoorde manier te gebruiken, is het ons doel om de communicatiemogelijkheden uit te breiden en de toegang tot kwaliteitsinformatie te democratiseren.
🤖

omhoog scrollen